Waarom pensioensparen via tak 23-beleggingsverzekering?

Pensioensparen kan ook via een tak 23-beleggingsverzekering. Hoewel de formule minder bekend is dan de pensioenspaarverzekering of het pensioenspaarfonds, biedt ze toch enkele voordelen.

Beginnende pensioenspaarders maken meestal de keuze tussen een pensioenspaarverzekering (tak 21) of een pensioenspaarfonds. Het eerste is een verzekeringscontract met een gewaarborgde rente en een eventuele winstdeelname als het rendement van de onderliggende beleggingsportefeuille dat toelaat. Pensioenspaarfondsen zijn dan weer echte beleggingsfondsen.

Naast beide pensioenspaarformules is er nog een derde en minder gekende mogelijkheid: de tak 23-beleggingsverzekering. Ook dat is een verzekeringsformule, maar die is wel gekoppeld aan een of meerdere beleggingsfondsen. Er is geen gegarandeerde rente en het rendement is helemaal afhankelijk van de geselecteerde beleggingsfondsen. Ook deze formule biedt in het kader van pensioensparen een fiscaal voordeel op van 25% of 30%, wanneer je jaarlijks respectievelijk tot 990 euro of tot 1.270 euro stort (vanaf 2021 respectievelijk 980 euro en 1.260 euro).

Spreiding over meerdere fondsen

Kies je voor een pensioenspaarfonds, dan ben je afhankelijk van de prestaties van dat ene fonds. Doe je aan pensioensparen via een tak 23-verzekering, dan kan je daar meerdere onderliggende beleggingsfondsen aan koppelen en zo de beleggingsrisico’s breder spreiden.

Via een tak 23-formule is het soms ook mogelijk om toegang te krijgen tot fondsen die anders niet beschikbaar zijn voor particulieren zoals internationale fondsen die hier niet worden verdeeld of die normaal enkel toegankelijk zijn voor hele grote vermogens. Doorgaans bieden verzekeraars ook de mogelijkheid om de fondsensamenstelling nog te wijzigen, bijvoorbeeld als een fonds niet langer goed presteert of wanneer je zelf andere klemtonen wil leggen.

Opletten voor hoge instapkosten

Het grote nadeel van de tak 23-formule is vaak het kostenplaatje. Normaal betaal je op elke storting een verzekeringstaks van 2%, beheerskosten en hoge uitstapkosten. Maar in het kader van pensioensparen spelen die kosten minder een rol: de verzekeringstaks valt weg bij tak23-producten in het kader van pensioensparen en uitstapkosten zijn minder relevant omdat het net de bedoeling is het kapitaal onaangeroerd te laten tot aan de pensioenleeftijd.

Het zijn vooral de instapkosten die je nog goed in de gaten moet houden, want bij tak 23-producten kunnen die oplopen tot 6%. Dat neemt al meteen een grote hap uit je rendement, waardoor het er toch op aankomt de instapkosten goed te vergelijken of daarover te onderhandelen. Bij de pensioenspaarfondsen bedragen de instapkosten doorgaans 2 à 3%.